Als je mensen begeleidt bij hun veranderproces, dan zie jij vaak al vrij snel allerlei mooie mogelijkheden voor verandering. Op basis hiervan maak je een plan van aanpak, met heldere doelen en stappen die de ander kan zetten om tot het gewenste eindresultaat te komen.
Herkenbaar?
Je bent super gemotiveerd om met degene die je begeleidt aan de gang te gaan. Na enige tijd merk je echter dat de energie waarmee je aan het traject begon langzaam, maar zeker wegebt. Als je op zo’n moment op jezelf reflecteert, merk je dat je aan het duwen en trekken bent gegaan. Je merkt ook dat hoe hard jij ook werkt, je toch niet het effect krijgt wat je graag zou willen. Er ontstaat zelfs ‘weerstand’ in je gesprek; bij de ander en wellicht ook bij jou zelf.
Jouw reactie op ‘weerstand’
Vaak is jouw eerste reactie als je dit opmerkt, om nog maar eens uitleggen waarom de verandering goed is, wat er gebeurt als de ander niet ‘in beweging’ komt of blijft en dat je het beste met de ander voor hebt.
Natuurlijk klopt dit verhaal inhoudelijk ook wel, maar waarschijnlijk sluit je niet aan bij de gedachten en gevoelens van de ander.
Je bent vergeten aan te sluiten bij wat er op dat moment in het gesprek gebeurt.
Maar wat is ‘weerstand’ eigenlijk?
Steve de Shazer, een van de grondleggers van de oplossingsgerichte therapie is tot de conclusie gekomen dat het begrip ‘weerstand’, niet helpend is tijdens een gesprek. En daar ben ik het wel mee eens. Het is eerder een oordeel dat je op de ander plakt; als hij of zij niet doet wat je graag zou willen, niet zegt wat je graag wilt horen, of niet meegaat in jouw adviezen of benaderingswijze.
Uitingsvormen
Op verschillende manieren kun je tijdens een motiverend gesprek ‘weerstand’ tegenkomen.
Behoudtaal: dit zijn de redenen van iemand om (nog) niet te willen veranderen. Bij ambivalente gevoelens over een verandering is deze taal er naast verandertaal. Behoudtaal is normaal als iemand overweegt om te gaan veranderen. Eigenlijk is ‘weerstand’ een te zwaar woord. Deze taal hoort gewoon binnen een veranderproces. Een voorbeeld: “Ik merk dat mijn conditie achteruit holt, maar ik kan op dit moment echt geen tijd vrij maken om te gaan sporten.” Vaak past dan een tweezijdige reflectie. “Sporten staat op dit moment niet op nummer een als het om je tijdsbesteding gaat, tegelijkertijd ben je niet tevreden over je conditie.“ Je eindigt met de verandertaal. Als uitnodiging voor de ander om er meer over te gaan vertellen.
Wrijving: deze vorm heeft te maken met jullie werkrelatie, er loopt iets niet lekker in jullie contact. Iemand zegt bijvoorbeeld tegen jou: “Je vertelt me steeds wat ik moet doen, alsof ik dat zelf niet weet.” Je mag blij zijn dat iemand dit zegt, want hierdoor kun jij bijvoorbeeld met een reflectie het contact weer herstellen: “Je vindt dat ik te weinig oor en oog heb voor jouw eigen ideeën.” Waarna je een stilte laat vallen om de ander de kans te geven te reageren.
‘Weerstand’ – een andere kijk
Stel dat je ‘weerstand’ gaat zien als iets waardevols, waarmee je gesprekspartner aangeeft hoe hij of zij aankijkt tegen de verandering, of tegen hoe jullie contact verloopt, wat gebeurt er dan?
Als je daar naar luistert en op reageert, leer jij de ander beter kennen en begrijpen. Ook jouw gesprekpartner merkt dit en voelt zich meer begrepen.
Check m’n aanbod
- Workshop ‘Minder praten, meer effect’, een interactieve kennismaking met Motiverende Gespreksvoering – online
- Basistraining MI: Leer makkelijker motiveren, waardoor behandeldoelen beter worden bereikt.
- Praktijkdag: 1 dag herhalen en oefenen om je MI steeds meer eigen te maken.
- MI-APK: Ga met een trainingsacteur aan de slag met eigen casuïstiek en krijg feedback op je gesprekken. Leren door te doen.
- Vervolgtraining MI/MGV Chronisch ZorgNet: Speciaal voor Chronisch ZorgNet deelnemers, in fase oranje.
- Telefonisch opfrishalfuurtje – gratis: Voor een praktische vraag over Motivational Interviewing/Motiverende Gespreksvoering.